De lepelaar is één van de beschermingssuccessen van Vogelbescherming. Rond 1970 waren er nog maar 170 broedpaar in ons land, nu ruim 2.500. De Nederlandse populatie lepelaars is uniek, in andere landen in Noord-West Europa broeden ze nauwelijks. Lepelaars bevinden zich van februari tot september/oktober in Nederland. Via Franse en Spaanse moerassen trekken ze naar winterkwartieren langs de West-Afrikaanse kust.
Het meest opvallend is natuurlijk de grote, lepelvormige snavel van de lepelaar. Lepelaars vinden hun voedsel lopend in ondiep water, waar ze hun snavel op typische wijze heen en weer bewegen, om zo op de tast allerlei prooidieren te vangen. In de lepelvormige snavel is een soort zeefmembraan aanwezig, waarmee hij door een bundeling van zenuwen, over een ultra-gevoelig eetgereedschap beschikt.
Lijkt wat onhandig, maar ook met zo’n snavel kun je jezelf mooi maken …
Waarna het weer tijd is om verder te gaan.